Bestemmingsplan St. Isidorushoeve, uitbreidingslocatie Hoeve-oost

7.1.1

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor :

• a. maximaal 62 woningen ter plaatse van de aanduidingen:

specifieke bouwaanduiding - aaneengebouwd / twee-aaneen /vrijstaand	Aaneengebouwde, twee-aaneengebouwde of vrijstaande woningen
specifieke bouwaanduiding - twee-aaneen / vrijstaand	twee-aaneengebouwde of vrijstaande woningen
gestapeld	gestapelde woningen

al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep;

• b. voorzieningen ten behoeve van afvoer, tijdelijke berging en infiltratie van hemelwater, mede ten behoeve van de implementatie van hemelwaterafvoersystemen;

met daarbij behorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, tuinen en erven.

7.2.1

Op de voor 'Wonen' bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de bestemming.

7.2.2

Voor woonhuizen geldt dat:

• a. deze uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
• b. de breedte ten minste 5 m bedraagt;
• c. goot- en bouwhoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale goot- en bouwhoogte aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte;
• d. de dakhelling ten minste 25° bedraagt en ten hoogste 60° bedraagt;
• e. de afstand van een woonhuis respectievelijk blok van aaneengebouwde woonhuizen tot de zijdelingse perceelgrenzen ten minste 3 m bedraagt dan wel, indien sprake is van een kleinere afstand, de afstand zoals die bestond op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpplan.

7.2.3

Voor aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen geldt dat:

• a. ten behoeve van gestapelde woningen uitsluitend inpandige aanbouwen zijn toegestaan;
• b. de gezamenlijke oppervlakte per woonhuis bedraagt ten hoogste 50 m² indien het betreft aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen of overkappingen bij vrijstaande of twee-aaneengebouwde woningen;
• c. de gezamenlijke oppervlakte per woonhuis bedraagt ten hoogste 20 m² indien het betreft aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen of overkappingen bij aaneengebouwde woningen;
• d. in afwijking van het bepaalde onder b mag de bedoelde gezamenlijke oppervlakte niet meer bedragen dan 75 m², mits een bebouwingspercentage van het bouwperceel van 40% niet wordt overschreden;
• e. in afwijking van het bepaalde onder c mag de bedoelde gezamenlijke oppervlakte niet meer bedragen dan 50 m², mits een bebouwingspercentage van het bouwperceel van 40% niet wordt overschreden;
• f. bij de berekening van de oppervlakte als bedoeld onder a t/m d wordt niet meegerekend:
  • 1. de oppervlakte binnen het bouwvlak, voor zover gelegen tussen het verlengde van de zijgevels van de woonhuizen;
  • 2. de oppervlakte binnen het bouwvlak, voor zover gelegen buiten de zijgevels van de woonhuizen dan wel buiten het verlengde van zijgevels van de woonhuizen en hierbij de afstand tot de zijdelingse perceelgrens ten minste 5 m bedraagt;
• g. de afstand van een aanbouw, uitbouw en/of bijgebouw tot de voorgevel van het woonhuis en het verlengde daarvan mag niet minder dan 3 m bedragen en de afstand van een overkapping tot de voorgevel van het woonhuis en het verlengde daarvan mag 0 m bedragen;
• h. de goothoogte van een aanbouw, uitbouw of een bijgebouw mag niet meer dan 3,25 m bedragen, met dien verstande dat de goothoogte van een aanbouw, uitbouw of aangebouwd bijgebouw mag worden verhoogd tot ten hoogste de hoogte van de begane grondverdieping van het hoofdgebouw;
• i. de bouwhoogte van een aanbouw, uitbouw of aangebouwd bijgebouw mag niet meer bedragen dan de bouwhoogte van het hoofdgebouw, verminderd met 2 m, waarbij geldt dat de dakhelling van de aanbouw, uitbouw of het aangebouwd bijgebouw ten hoogste 60º mag bedragen;
• j. de bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw mag niet meer dan 4,50 m bedragen;
• k. de bouwhoogte van een overkapping mag niet meer dan 3,25 m bedragen.

7.2.4

Voor bouwwerken geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen, geldt dat:

• a. indien de bouwwerken geen gebouw zijnde vóór de voorgevel van het woonhuis en het verlengde daarvan worden gebouwd, mag de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedragen;
• b. in overige gevallen de bouwhoogte niet meer dan 2,25 m mag bedragen.

7.3.1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 7.1.1 ten behoeve van het bouwen van grondgebonden woningen, met bijbehorende aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen overeenkomstig de bouwregels in artikel 7.2.3, op gronden ter plaatse van de aanduiding gestapeld met dien verstande dat de bouwhoogte maximaal 10 m mag bedragen en de goothoogte maximaal 6 m mag bedragen;

7.3.2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 7.2.2 onder a door toe te staan dat woonhuizen ter plaatse van de aanduiding gestapeld buiten het bouwvlak mogen worden gebouwd.

7.3.3

De ontheffing als bedoeld in artikel 7.3.2 wordt uitsluitend verleend indien burgemeester en wethouders ontheffing van de regels hebben verleend als bedoeld in artikel 7.3.1

7.3.4

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in:

• a. artikel 7.2.2 onder c ten behoeve van een verhoging van de goothoogte van maximaal 2 m;
• b. artikel 7.2.2 onder c ten behoeve van een verhoging van de bouwhoogte van maximaal 2 m;
• c. artikel 7.2.2 onder d ten behoeve van een verlaging van de minimale dakhelling tot 0 °;
• d. artikel 7.2.2 onder e, voor een vermindering van deze afstand tot 0 m.

7.3.5

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 7.2.3 onder d en toestaan dat de gezamenlijke oppervlakte van aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen per woonhuis als bedoeld in artikel 7.2.3 onder b maximaal 100 m2 bedraagt mits een bebouwingspercentage van het bouwperceel van 35% niet wordt overschreden;

7.3.6

Ontheffing als bedoeld in de artikelen 7.3.1 wordt slechts verleend indien:

• a. uit de woonvisie blijkt dat de ontheffing leidt tot aansluiting met het volkshuisvestingsbeleid van de gemeente Haaksbergen, of
• b. uit woningmarktonderzoek blijkt dat de ontheffing voldoet aan de wensen aan de vraagzijde van de woningmarkt.

7.3.7

Ontheffing als bedoeld in artikel 7.3.4 wordt slechts verleend indien:

• a. de bebouwingskarakteristiek van de straat en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast en de ruimtelijke inpasbaarheid is aangetoond;
• b. sprake is van een architectonische samenhang met de direct omliggende woonhuizen dan wel indien deze ontheffing uit architectonisch oogpunt toelaatbaar is.